Ik had foto’s van mijn huis moeten maken toen ik nog dronk. Drie jaar geleden betrok ik een heel schattig huis uit de jaren 30 in een leuke buurt. En nu moet je weten dat ik al tien jaar woonbladen koop en alles enthousiast uitscheur, op pinterest heb ik drie moodboards wooninspiratie en kan ik echt groen van jaloezie zien als iemand een mooi ingericht huis heeft. Heel enthousiast ging ik wonen in mijn poppenhuisje en vervolgens zat ik elke avond in de kroeg of lag ik lam op de grond. Ik moest alle spullen kopen, ik had niet eens een bed. Dus sliep ik beneden in de woonkamer op een vies, oud matrasje. Want boven was groot en alle kamers waren leeg. Ik vroeg wat vrienden of ze wilde helpen schilderen. Ik heb anderhalf jaar in een half geverfd huis zonder meubels geleefd. Mijn verhuisdozen had ik niet eens uitgepakt, de dozen met kleren waren leeg en de kleren lagen op de grond in de eetkamer en spinnen sponnen hun web tussen de spullen. Af en toe zag ik mijn kat over een doos klauteren en dacht ik er aan om ‘m wat eten te geven. Mijn huis was een verzameling van lege pizzadozen, afwas, blikken bier, flessen wijn en een vergeeld matras met vlekken waarvan ik niet wil weten hoe ze erin gekomen zijn. Dronken mocht ik van mijzelf een bank kopen en tien weken later werd ie bezorgd. Het was een harde bank, ongeveer net zo comfortabel als een spijkerbed en met rare krullen als armleuning. Tien weken later had ik er al drie keer overheen gekotst, waren er drie flessen wijn gemorst en zelfs mijn kat heeft de bank een keer onder geplast.
Ik hoef niet te vertellen dat ik vrijwel nooit iemand in mijn huis liet. Zodra ik vertrok naar de kliniek, heeft mijn beste vriendin de reservesleutel gepakt en is eens gaan kijken. Later vertelde ze me dat zodra ze binnenstapte, ze in huilen uitbarstte en toen pas echt besefte hoe ik al die jaren had geleefd. Ze schakelde  alle hulptroepen in en maakte van de slaapkamer (met bed) een supermooie, knusse kamer. Voor beneden was begrijpelijk geen budget. Het was nu schoon en opgeruimd, maar dat het dan ook wel.
En nu is het eindelijk zover; ik heb besloten om toch maar flink wat geld te investeren in mijn huis. Ik heb een prachtige groene kleur gekozen voor de muren en deze week komt de schilder alles verven. Ook kan ik elk moment gebeld worden dat mijn nieuwe hoekbank klaar is om bezorgd te worden. Een bank die drie keer  zo groot is als dat oude matrasje. De open haarden werken zelfs binnenkort en in de eet- en woonkamer hangen kroonluchters. Ik vervang zelfs de deuren.  Eigenlijk maken de spullen me nog niet eens zo heel veel uit. Het is nu een huis waar duidelijk met plezier in gewoond wordt; er wordt gekookt, er zijn filmavonden en de bewoners houden overduidelijk van mooie, grappige spullen. Ik race voortaan naar huis. En het klinkt zo ontzettend gek, maar dit is voor mij het teken dat het goed met me gaat; ‘Kijk, ik heb een thuis en het is de allertofste plek ter wereld.’

 

Reageer reacties (0)
LEES MEER...