Toen mijn moeder drie jaar geleden opperde om een Dag van Herstel te vieren was ik op zijn zachtst gezegd niet direct heel enthousiast. Ik zag vooral beren op de weg: veel werk, duur, geen tijd, zitten mensen echt te wachten op zo’n dag?
Maar als jullie mijn moeder, Jolande, een beetje kennen, snappen jullie ook wat er toen gebeurde: er kwam een Dag van Herstel. En ik organiseerde mee. Blijkbaar. En niet alleen ik en Jolande, maar een hele groep mensen. Een groep mensen die ik niet kende. Zo was daar Jan. Van de AA. En Jeanette en Arnold. Mensen die ik nog nooit ontmoet had. Vooral aan Jan moest ik even wennen. Nee, dat zeg ik verkeerd: Ik zag Jan ongeveer net zo graag als die puist die echt altijd eens per maand recht op mijn voorhoofd bonkt. Een bont gezelschap: kregen we de neuzen dezelfde kant op? We moesten de neuzen dezelfde kant op krijgen: wilden we hetzelfde en hadden we dezelfde verwachtingen? Maar wonder boven wonder was deze groep precies wat we nodig hadden, ze gaven tegengas en kritiek als het nodig was, we konden heerlijk kibbelen met zijn allen, maar hebben vooral heel veel lol gehad de afgelopen drie jaar. Misschien dat meehielp dat we dit allemaal in onze vrije tijd deden. Niemand had een dubbele agenda. We waren gewoon een groep mensen die zonder elkaar echt te kennen een avontuur aangingen en recht op ons doel schoten: een succesvolle Nationale Dag van Herstel.
De pilot was een succes en de eerste echte Dag van Herstel ook. Dus uiteraard gingen we door. Elke maand op dinsdagavond kwamen we samen en in de zomermaanden werd dat tweewekelijks en barbecueden we ook samen. Dan spraken we onze zorgen uit, kibbelden we over de locatie, de financiën, het programma, catering, vrijwilligers, de takenverdeling. En werd vooral heel duidelijk dat ieder lid van deze rare groep zijn eigen talent heeft. Jeanette is een schat; rustig en lief en een fantastische kok. Zij regelt in haar eentje de geweldige catering. Arnold is altijd beheerst en correct en heeft altijd net het gouden idee als wij in de knoop zitten. Pascal en Rico regelen alle praktische zaken tot in de puntjes, waar wij echt hopeloos slecht in zijn. Ruben is vooral heel erg enthousiast en altijd positief en het is heel fijn als tenminste één persoon altijd positief is. Roncliff is soms kritisch, waardoor we weer goed op de rit komen en onszelf blijven verbeteren. Stephan, Kelly en Klaas kunnen presenteren als de beste en over dat deel hoeven wij ons totaal geen zorgen te maken. Mijn moeder is de meest hardwerkende en integere vrouw die ik ken. En heel erg grappig. Als ze in een goede bui is.
Ik ben van deze vreemde groep mensen gaan houden en ik hoop dat het plezier dat we hebben tijdens het organiseren, te zien is op 14 september. En dat jullie dan deel uitmaken van deze groep.
En Jan? Dacht je dat ik die was vergeten? Jan is mijn lievelingsmens geworden. Jan met zijn seksistische grappen en humor uit 1950. Mijn favoriete oude brombeer. Hij staat altijd voor iedereen klaar, werkt het hardst van allemaal, maar blijft het liefst op de achtergrond. En als je Jan ziet staan brommen ergens in een hoekje op 14 september, omdat hij het verschrikkelijk vindt in de spotlights te staan: geef Jan dan een dikke knuffel en bedank hem voor deze dag. Vindt ‘ie echt verschrikkelijk.
Bovenstaande editorial van hoofdredacteur Lotje Donkers verscheen in Lef 4 2019.
LEES MEER...