Steeds minder mensen roken

Rookte in 2016 nog 24,1 procent van de Nederlanders, in 2017 is dat gedaald naar 23,1 procent. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS, het Trimbos-instituut en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).

De daling past in een trend die sinds 2015 is te zien. Esther Croes is arts-epidemioloog bij het Trimbos-instituut. Volgens haar waren er in het verleden wel grotere dalingen dan afgelopen jaar. ‘Zelfs al tussen 2015 (26,3% rokers) en 2016 (24,1%) was de daling groter dan tussen 2016 en 2017 (23,1%). We kunnen wél zeggen dat er een duidelijk dalende trend is, en die is een aantal jaar minder zichtbaar geweest, dus daar zijn we wel blij mee. Juist ook onder de dagelijkse rokers, voor wie het nog lastiger is om te stoppen dan voor de gelegenheidsrokers.’

Rokers die niet stoppen, minderen wel steeds meer: vorig jaar waren er 2,35 miljoen rokers die dagelijks een sigaret of sigaar opstaken - ruim 170.000 minder dan een jaar ervoor. Het aantal mannen dat rookt (27 procent) is een stuk hoger dan het aantal vrouwen dat rookt (19,9 procent). Opvallend is verder dat het aandeel niet-dagelijks rokers het grootst is in de leeftijdscategorieën onder de 30 jaar. Hoeveel van de gestopte rokers er in 2018 weer zijn begonnen met roken moet nog blijken. Volgens het Trimbos-instituut begint 90 procent van de rokers binnen een jaar na het stoppen opnieuw.

Kritisch op de cijfers
Frits van Dam is secretaris bij Stichting Rookpreventie Jeugd, en trekt de cijfers in twijfel. 'Dit zijn allemaal cijfers afkomstig uit zelfrapportage. Er is behoorlijk wat literatuur waaruit je kunt afleiden dat er een behoorlijke discrepantie kan zitten tussen wat mensen zeggen en wat je kunt meten. Verslaafden liegen vaak over hun verslavingsgedrag.' Verder noemt hij het percentage Nederlanders dat nog rookt (23,1 procent) 'verneukeratief', omdat het verhuld waar de daling precies plaatsvindt. 'De hele daling komt door het minder roken in de lage Sociale Economische Status (SES), die van 29 naar 25,7 procent gaat. De middengroep gaat zelfs nog iets meer roken en de hoge SES rookt iets minder. De cijfers gaan erg in tegen een trend dat juist in de lage SES het meest gerookt wordt. Hier is dit voor het eerst anders. Ik ben niet geneigd dit te geloven, voor dat ik nadere analyses gezien heb. En dat duurt nog maanden.'

De eerdergenoemde Croes van het Trimbos-instituut legt uit waarom ze, ondanks het ontbreken van nadere analyse, toch gekozen hebben voor deze publicatie: 'Het CBS heeft al cijfers over 2017 online staan. Het nadeel is dat zij cijfers geven voor de leeftijd 12-plus, omdat zij dat voor alle indicatoren doen. Verwarrend, omdat we roken, drugs en alcohol conform internationale afspraken, al jaren vanaf 18 jaar rapporteren. Om verwarring over verschillende cijfers te vermijden is deze infographic met cijfers voor 18-plus uitgebracht. Die is op basis van de analyses van het CBS, waarmee Trimbos en RIVM in een consortium zitten. Pas over enkele weken krijgen wij zelf de database en kunnen verdere analyses doen, omdat de database meer gegevens bevat dan de basisgegevens die nu door het CBS zijn vrijgegeven. Dus: niet publiceren van de infographic gaf verwarring, wel publiceren heeft als nadeel dat de informatie nu nog beperkt is. Na lang wikken en wegen kozen we voor het beperken van de verwarring.'

Datum: 20/04/2018

Reageer reacties (0)
LEES MEER...