Kees was zo'n beetje de eerste die reageerde op mijn boek. 'Schitterend boek. Dankjewel.' Een paar weken later stuurde hij nog een mail: 'Dertig dagen niet gedronken. Dankjewel.' Ook toen hij twee maanden, drie maanden en vervolgens honderd dagen nuchter was, liet hij me dat weten. In totaal heb ik zes mails van Kees van Dongen gekregen. De laatste was door zijn vriendin geschreven. Ze had Kees dood gevonden. Vermoedelijk gestorven aan een maagbloeding. Als ik nog iets wilde weten, kon ik haar mailen. Wat wilde ik nog weten? Ik kende Kees niet. Ik wist niet wat hij deed, met wie hij leefde of hoe oud hij was. Nieuwsgierig naar de man van weinig woorden, had ik zijn veelvoorkomende naam weleens gegoogled en hem vervolgens aan tweedehandsbrommers gelinkt. In al mijn bevooroordeeldheid had ik hem met bierbuik en afgezakte broek in een Brabantse volkswijk gesitueerd, waar iedereen een trainingspak draagt en het frituurvet altijd op temperatuur is. Ik zag hem te midden van rokende vrouwen in roze leggings die brutale kinderen tot de orde roepen enzovoort. Het is ongelooflijk. En helemaal onvergeeflijk. Maar ik deed dus niks. Geen condoleance, geen sterkte met uw verlies.
Ik weet niet waar ik het aan heb verdiend, maar onlangs kreeg ik de kans om die beschamende nalatigheid goed te maken. Kees' vriendin belde me namelijk op. Zomaar, op een zaterdagochtend. Ze nam mijn excuses in ontvangst en sprak daarna een uur over haar leven met 'de liefste man van de wereld en de beste partner die je je wensen kunt.' Kees was geschiedenisdocent, had humor, schreef gedichten, zong in een koor, speelde trompet, was knap om te zien en kon ook nog eens heel lekker koken. 'Hij was perfect,' zei ze, 'op dat ene na.' Alcohol had hem zijn huwelijk en zijn baan gekost. Maar zij had hem naar de AA gekregen … en ook regelmatig naar de kliniek gebracht. Bij Al-Anon voelde ze zich een buitenbeentje, omdat haar partner nog leefde en dronk. Na zijn afdalingen in de diepte bracht zij de lege flessen weg en verschoonde de lakens. In het ergste geval liet ze zijn bank opnieuw bekleden. En dan konden ze er weer een poosje tegen. Er waren vakanties met de caravan en weekendjes met haar kinderen en kleinkinderen, want zijn dochters wilden hun vader niet meer zien. Ze waren wel op de begrafenis, samen met hun moeder, Kees' ex-vrouw, die de onwetende aanwezigen fijntjes op zijn verslaving wees. 'Maar het ging toch juist weer goed met hem? Hij hield me op de hoogte.' 'Ik heb een dagboek uit die tijd gevonden, waarin hij zijn nuchtere dagen bijhoudt. Onbegrijpelijk, want in het echt ging het juist bergafwaarts met hem. Hij trok zich steeds vaker en langer terug om te drinken. Toen ik hem vond, was hij al een paar dagen dood.'
Dit telefoongesprek vond plaats kort nadat ik een vriendin had opgebiecht 'niet meer zo met alcohol bezig te zijn'. 'Dan kan je misschien wel weer eens een wijntje drinken?', was haar voorspelbare reactie. Dat zou ik kunnen doen, ware het niet dat er elke dag meer dan één Kees aan de gevolgen van een alcoholverslaving sterft en dat er elke dag meer dan één vriendin de liefste man van de wereld moet missen. Ik bied Kees mijn excuses aan voor mijn vooroordelen en zijn vriendin voor mijn nalatigheid. En ik blijf bij de les te. Zoals Kees mij kort na publicatie van mijn boek een hart onder de riem stak, zo heeft hij dat een jaar na zijn dood nog een keer gedaan. Het was zijn vriendin die belde, maar de boodschap kwam van hem.
LEES MEER...