Tekst: Maxime van Gellekom en Inge Pelsers / Fotografie: Marjo van de Peppel-Kool
Dit interview verscheen in augustus 2016 in Lef Magazine, Ruud is deze week 4 jaar clean!
Ruud:
‘Sonja was vroeger mijn buurmeisje. Op 4 mei kwam ik haar tegen in de kroeg, we vonden elkaar meteen leuk. Na 25 jaar huwelijk is ze mijn rots in de branding. Ik heb haar een kutleven bezorgd en dat gun ik niemand. Het enige wat ik nu nog kan doen, is beter mijn best en zorgen dat ze een vriendelijker leven krijgt.'
Eentje werden er meer
'Op mijn 17e ging ik voor het eerst op stap met een vriend, daar dronk ik mijn eerste biertje. Na dat eerste biertje smaakten alle anderen ook. Ik dronk toentertijd alleen in het weekend zoals elke 18-jarige doet. Later begon ik doordeweeks te drinken. Als ik thuis kwam van werk, zat ik op de bank met een biertje en een shagje. De kroeg ging ik zelden in. Ik werkte in die tijd bij de technische- en algemene dienst van de zwarte markt in Beverwijk. Alleen bij de afbouw van de zwarte markt ging ik de kroeg in, dan dronken we een paar biertjes na werktijd. En een paar werden er heel wat.
16 jaar geleden richtte ik tijdens mijn actieve verslaving mijn zonweringsbedrijf op. Het ging altijd goed , maar in het laatste jaar ging het mis. Ik kon niet alles zelf . Mijn dochter hielp met de boekhouding en af en toe ging ik naar kantoor, maar het geld kwam niet meer binnen. Ook thuis ging het niet meer goed. Het werkte niet meer om samen in één huis te wonen. Sonja vroeg me om te vertrekken, dus dat deed ik. Ik kreeg een huisje iets verderop in de straat en dacht dat dit de oplossing was. Als ik mijn eigen spullen had, dan kwam het wel goed. Het biertje en shagje gingen prima samen toen ik op mezelf woonde, maar eten maken en de rest lukte niet meer.'
Ik kon niet meer
'Ruim 20 jaar lang leefde ik voor de drank. Hoe en waar het precies fout ging, weet ik niet. Ik had ondertussen wel weer verkering met Sonja, maar we woonden nog steeds apart. Slapen deden we wel samen. Op een dinsdagavond belde ik Sonja heel laat op in paniek: ‘Sorry Son, maar ik weet het niet meer.’ Financieel gezien ging het slecht, ik zag het niet meer zitten. Sonja kwam gelijk en zag dat het slecht ging. De volgende dag kwamen mijn twee kinderen, boekhouder en vrouw en moest ik een keuze maken. Ik koos voor een behandeling, maar wist toen nog niet dat ik de volgende dag werd opgenomen. De dag erna kwam ik thuis en stonden mijn koffers al bij de deur. Samen met mijn dochter en vrouw reed ik naar Barneveld voor de intake. Daarna naar SolutionS in Voorthuizen voor de opname en ik kon gelijk blijven. Het hoefde toen voor mij niet zo snel, maar achteraf ben ik ontzettend blij dat ik daar verzeild ben geraakt. Mijn kinderen waren vooral blij dat ik de kliniek in ging. ‘Misschien wordt hij wel de papa van vroeger’, zeiden ze. Mijn dochter (23) praat er nog steeds bijna niet over, maar de band is wel goed met haar en ik ben een gelukkige opa. Mijn zoon (20) werkt bij mij in het bedrijf en wordt mede-eigenaar.'
Ziekte van meer
'Terug uit de kliniek ging ik verder met mijn bedrijf. Met dertig of veertigduizend euro schuld bij de bank bouwden we het weer op. Door de jaren heen hadden we spaarpotjes gemaakt, die potjes hebben het bedrijf gered. Mijn verslaving was een ziekte van meer, hier heb ik af en toe nog steeds last van. Voorheen kocht ik een nieuwe bank als er een vlek op zat, waar ik het geld toen vandaan haalde weet ik niet. Nu ben ik tevreden met wat ik heb. Ik weet zelf nog steeds niet hoe en wanneer het mis ging, maar dat maakt me niet meer uit. Scheve dingen kan ik niet meer recht zetten. Ik wil me nu vooral focussen op hoe we nu verder gaan, daarom ben ik begonnen met therapie. Meetings helpen me, maar ik heb ook gevraagd om daarbuiten met iemand te kunnen spreken. Iemand die eigenlijk niet met verslaving te maken heeft. Hopelijk kan diegene mij uitleggen hoe het met de gekke boze buitenwereld gaat en hoe het kan dat ik die gekke kronkel heb en anderen niet.'
'Door te drinken maakte ik mijn hoofd leeg. Dat mis ik soms nog wel. Nu deal ik met dingen in plaats van ze verdrinken,
'Als je de opname erbij rekent ben ik nu twee jaar en zeven maanden clean. Ik heb daarna nooit meer de behoefte gehad aan alcohol, wel aan het gevoel om mijn hoofd leeg te maken. Door te drinken maakte ik mijn hoofd leeg. Dat mis ik soms nog wel. Nu deal ik met dingen in plaats van ze verdrinken, maar het blijft moeilijk. De buitenwereld steekt raar in elkaar. Als dingen fout gaan gaf ik eerst altijd anderen de schuld, dat doe ik niet meer. Ik denk eerst na voordat ik iets doe, soms wel zes keer. Ik ben dan wel eens jaloers op mensen die dat niet hoeven. Ik kan nu mijn gedachten leeg maken door mijn hobby, bier is daar niet meer voor nodig.'
'Ik ben blij dat ik verslaafd ben'
Leerzame verslaving
'Ik ben blij dat ik verslaafd ben. Ik heb daardoor heel veel mooie dingen geleerd. Ik kan me nog steeds druk maken om de meest onnozele dingen, en als ik het dan hardop zeg dan hoor ik mezelf en denk ik: waar slaat dit eigenlijk op. Twee keer per week ga ik naar meetings. Toen de meetings van de kliniek stopten, hebben we er zelf een opgericht . Op woensdag ga ik naar een AA meeting, maar ik ga liever naar de andere. Als ik ergens mee zit krijg ik daar gelijk feedback. Bij een AA kun je zeggen waar je mee zit en dat is het dan, er komt geen reactie. Ik heb geen sponsor, maar als ik in de knoop zit dan bel ik een van mijn vrienden uit Amsterdam. Mijn fellows zijn mijn beste vrienden. Ik dacht vaak dat ik de enige was, door die groep weet ik dat het niet zo is.
In de toekomst draag ik mijn bedrijf over aan mijn zoon, zodat ik samen met Sonja van het leven, mijn herstel en hopelijk meer kleinkinderen kan genieten.'
Sonja:
‘Toen ik verkering kreeg met Ruud viel het me al op dat hij wel erg veel dronk. Maar mijn ouders waren ook stevige drinkers dus ik dacht dat het normaal gedrag was. Ik zei er vroeger nooit iets van als hij me weer eens dronken kwam ophalen. Ik dacht dat het vanzelf wel over zou gaan. En ik was bang hem kwijt te raken als ik ging zeuren.'
Drank vóór dochter
'Vlak na de geboorte van onze dochter was ik lid van een toneelclub. Elke vrijdagavond hadden we een repetitie. Op een van die avonden kwam ik thuis en hoorde mijn dochtertje huilen in haar bedje. terwijl Ruud laveloos op de bank lag. Ik dacht op dat moment nog steeds dat zijn gedrag normaal was en dat ik degene was die zich zou moeten aanpassen. Ik was altijd degene die moest veranderen van mezelf. Het kwam geen seconde in me op dat Ruuds drankgebruik het probleem was.
Een aantal jaar geleden begon ik toch te twijfelen of ik wel degene was die zou moeten veranderen. Ik ben naar de huisarts gegaan en vertelde hem wat me dwars zat. Ik twijfelde of mijn man een alcoholist was. Het antwoord dat de huisarts mij gaf vond en vind ik erg kwalijk. Hij zei: ‘Zo lang je man nog elke dag gewoon naar zijn werk gaat, moet jij je niet zo druk maken.’ Dus ik dacht: oké, het probleem ligt bij mij. Ik moet niet zo zeuren.
In datzelfde jaar begon het mijn kinderen ook op te vallen dat er iets niet klopte bij hun vader. Ik kwam een keer thuis van mijn werk toen mijn kinderen tegen me zeiden: ‘Mam, je doet op vrijdag altijd boodschappen met papa en dan nemen jullie biertjes mee. Maar als jij op je werk bent komt papa altijd door de achterdeur binnen en dan heeft hij ook biertjes. Maar die hadden jullie toch al gekocht?’'
Leugens en smoesjes
'Vanaf dat moment ging ik alles doen waarvan ik nu weet dat het juist niet moet. Ik controleerde Ruud. Biertjes tellen in een krat en in de koelkast, hem continu in de gaten houden, hem achtervolgen, in zijn portemonnee kijken… dat soort dingen. Al jarenlang zei ik tegen hem dat hij minder moest drinken of alleen in het weekend. Uiteindelijk spraken we af dat hij alleen zou drinken als we gezellig samen waren of ergens naartoe gingen. Ik wist toen nog niet dat je geen afspraken kunt maken met iemand die actief verslaafd is.
Op een avond waren Ruud en ik alleen thuis. Onze zoon was naar een feestje en onze dochter woonde inmiddels op zichzelf. Ruud had voor mij een glaasje frisdrank ingeschonken omdat ik onze zoon nog moest ophalen. Zelf zat hij aan een net geopend biertje, er was hooguit één slokje uit. Ik dacht dat we een gezellige avond konden hebben, maar na een tijdje keek Ruud heel raar uit zijn ogen. En ik begreep niet wat er aan de hand was. In die periode had Ruud nog een klein koelkastje op zijn kantoortje hier in huis waar hij zijn bier bewaarde. Het aantal biertjes dat er nog in lag, was hetzelfde aantal als wat ik die middag had geteld. Na een beetje snuffelen ontdekte ik een halfvol flesje koud bier op een plankje boven de koelkast. Verstopt achter wat schoonmaakmiddelen, ik wist niet wat ik zag. Zonder er iets van te zeggen ging ik terug naar Ruud. Ik liet het zoals het was. Vervolgens ging Ruud een sigaret roken. Ik wil niet dat er binnen gerookt wordt dus rookte Ruud altijd bij de achterdeur. Maar als hij dan terug kwam, stond het tuinschuurtje blauw. In het schuurtje stonden ook schoonmaakmiddelen, dus met het smoesje dat ik mijn bril even ging poetsen, ging ik controleren. En ook hier trof ik een half leeg flesje bier aan, naast een leeg flesje. Ik confronteerde Ruud ermee, waarna het van kwaad tot erger ging.'
‘Mam, jullie doen op vrijdag altijd boodschappen en dan nemen jullie biertjes mee. Maar als jij op je werk bent komt papa altijd door de achterdeur binnen en dan heeft hij ook biertjes. Maar die hadden jullie toch al gekocht?’
Wodka-sap
'Ruud heeft al jaren een zonweringsmontagebedrijf. Op een snikhete zomerdag was hij samen met onze zoon aan het werk. Mijn man had op dat moment een methode om drank naar binnen te kunnen smokkelen. Elke dag voor hij ging werken nam hij een paar flinke slokken uit een aantal flesjes sap, die hij vervolgens aanvulde met wodka. Hij wist tijdens het werk precies uit welke flesjes hij kon drinken. Als hij vervolgens thuiskwam zei hij ‘Ik drink dit flesje nog even leeg want morgen is het niet meer lekker.’ En op die hele warme zomerdag heeft mijn zoon per ongeluk een van die flesjes leeggedronken. Hij voelde zich vreselijk beroerd en ik had geen idee hoe dat kon. Later op die dag was ik met hem op een verjaardag en zei een vriendin dat ik mijn zoon in de gaten moest houden omdat hij had gedronken. Toen viel alles op zijn plek.
Ik maakte Ruud midden in de nacht wakker om hem erop aan te spreken, maar er kwam geen fatsoenlijk woord uit. De dag erna heb ik hem uit huis gezet en de scheiding aangevraagd. Ik was er helemaal klaar mee. Uiteindelijk kreeg hij via de woningbouwvereniging een huisje dat hemelsbreed 100 meter van ons huis vandaan lag. Ik deed heel erg mijn best om Ruud te haten, maar dat lukte niet. Want ik zag wel dat hij heel erg ziek was. Hij nodigde me uit om naar zijn nieuwe huisje te komen kijken en van het een kwam het ander. We kwamen erachter dat we nog steeds heel veel van elkaar hielden. Maar een relatie met een fles wodka als derde persoon werkt niet. Op dat moment was Ruuds bedrijf nagenoeg failliet. Omdat we in gemeenschap van goederen waren getrouwd, zouden de kinderen en ik, als er niet snel iets zou gebeuren, failliet gaan voor de scheiding was uitgesproken. Ruud zat er helemaal doorheen en belde me ’s nachts op dat hij er niet meer tegen kon. Hij wilde met zijn bus het kanaal in rijden. Toen heb ik een interventie voor hem opgezet. Op de dag dat de we zouden tekenen voor de scheiding brachten onze dochter en ik Ruud naar de kliniek.'
'Onze kinderen hebben wel eens tegen me gezegd dat ze in ieder geval een moeder hebben gehad. Papa was onzichtbaar'
Samen in herstel
'In totaal heeft Ruud 28 dagen in de kliniek gezeten. Sindsdien heeft hij geen druppel meer gedronken. Ruud is vanuit de kliniek in overleg met zijn counselor weer bij mij komen wonen, omdat we simpelweg de huur van twee huizen niet konden betalen We wilden graag bij elkaar zijn en ons huwelijk een nieuwe kans geven. Dat heeft allemaal goed uitgepakt. Ik heb door Ruuds aftercare veel vertrouwen gekregen in het 12 stappen programma. Elke week ging hij een middag naar de nazorg. We bezochten twee keer per week samen een meeting. Ruud ging dan naar de groep voor, zoals wij het noemen, zijn soortgenoten. En ik naar de groep voor naasten. Van die meetings heb ik geleerd dat ik goed voor mezelf kan zorgen en geen controle heb over wat er met Ruud gebeurt en wat hij doet.'
'Een van de fijnste dingen vind ik dat ik nu niet meer constant op mijn man hoef te letten. Ik hoef me niet meer af te vragen waarom hij zo raar kijkt, waarom zijn trui zo raar zit en waarom zijn gereedschapskist mee naar binnen moet'
'Voor de kinderen is Ruuds verslaving moeilijk geweest. Onze dochter is met 19 jaar op zichzelf gaan wonen om van het gekibbel af te zijn en onze zoon zorgde ervoor dat hij zoveel mogelijk weg was. Ze hebben wel eens tegen me gezegd dat ze in ieder geval een moeder hebben gehad. Papa was onzichtbaar. Inmiddels hebben we een goede band met allebei de kinderen en zijn we zelfs trotse opa en oma van een kleindochter. Een van de fijnste dingen vind ik dat ik nu niet meer constant op mijn man hoef te letten. Ik hoef me niet meer af te vragen waarom hij zo raar kijkt, waarom zijn trui zo raar zit en waarom zijn gereedschapskist mee naar binnen moet'
Nooit meer terug
'Ruud is nu 2,5 jaar clean en ik ben ongelooflijk trots op hem. Ik weet zeker dat onze toekomst anders zal zijn dan ons verleden. We willen daar allebei niet meer naar terug en dat kan ook niet. Ik ben ook niet bang dat Ruud terug zal vallen. Ik denk dat ik heb geleerd om een terugval aan te zien komen. Als ik zie dat hij gedrag vertoont uit zijn actieve verslaving, spreek ik hem erop aan. Meer kan ik niet doen. Momenteel volg ik zelf traumatherapie om alles een plekje te kunnen geven. Als ik ergens tegenaan loop, app ik mijn vriendinnen van de meetings. Deze vrouwen zijn echt mijn beste vriendinnen geworden. Ze begrijpen me en kunnen advies geven. Ik ben nu gelukkig met Ruud en ik heb er alle vertrouwen in dat we samen gelukkig blijven.'
LEES MEER...