Chemsex is een begrip geworden onder met name homoseksuele mannen, maar ook onder jongeren en swingers (koppels die aan partnerruil doen). Stichting Mainline zet zich in voor de gezondheid van drugsgebruikers, daarnaast hebben ze ook het platform chemsex.nl opgezet. Hannah Hamans is woordvoerder van stichting Mainline. ‘Wij zijn als stichting al lang bezig met het verbeteren van de gezondheid en de rechtspositie van mensen die drugs gebruiken. Een aantal jaar geleden ontdekten we dat drugsgebruik ook vaak gekoppeld is aan seks, vooral onder homo- en biseksuele mannen. We merkten dat crystal meth in opkomst is, met name onder deze groep, wat een risicovolle drug kan zijn, zowel op lichamelijk, geestelijk als seksueel gebied.  De redenen waarom homoseksuele mannen vaker aan chemsex doen kan onder andere homofobie zijn, waardoor mannen zich gediscrimineerd en seksueel niet vrij genoeg voelen. Maar ook seksuele trauma’s aan bijvoorbeeld de aidsepidemie kunnen door drugs eerder worden weggenomen. De opkomst en enorme populariteit van datingapps kan hier ook aan bijdragen. Op het internet kun je makkelijker aangeven dat je opzoek bent naar een chemsex-date’, aldus Hamans.

Meetings

Het platform chemsex.nl is opgericht omdat Mainline merkte dat er nog een groot stigma ligt op drugs tijdens de seks en een gebrek is aan informatie. Elke twee weken organiseren ze meetings voor mensen die bijvoorbeeld willen stoppen met hetdrugsgebruik tijdens de seks. ‘Vaak zoekt de groep mensen die aan chemsex doet en daarvan af wil hulp in de verslavingszorg. Maar daar worden ze alleen geholpen met hun drugsprobleem. Wij bieden gebruikers support met chemsex te stoppen en een drugsvrij (seks)leven op te bouwen. Ook verwijzen we waar nodig door naar hulpverleners’, zegt Hamans.

Stigma op straatdrugs
Het stigma op ‘straatdrugs’, zoals crystal meth, is erg groot volgens Hamans. Volgens haar worden gebruikers van deze drugs nog steeds gezien alsof je ‘al totaal afgetakeld bent.’ Hamans: ‘Crystal meth wordt als een hele heftige drug gezien. Wij merken in gesprekken die we hebben met mensen dat ze hierdoor geen hulp durven te zoeken of niet weten waar ze een hulpverlener moeten zoeken. Als het stigma rondom dit soort drugs, maar ook bijvoorbeeld ketamine of 3-mmc, wordt verminderd, zullen hopelijk meer mensen hulp zoeken.’