Zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz

Je slapeloosheid in pril herstel aanpakken, zorgt voor minder terugval. Dat blijkt uit recente publicatie van American Society of Addiction Medicine. Cognitieve gedragstherapie in combinatie met het bijhouden van slaapdagboeken om patronen te herkennen en veranderen, bleek het best te werken voor een betere nachtrust op de langere termijn.

Veel verslaafden in herstel hebben – vooral de eerste maanden, maar vaak ook langer – last van slaapstoornissen. Slapeloosheid komt bij mensen die in recovery zijn vijf keer zo vaak voor als bij anderen. Ze slapen moeilijk in of juist lastig door. Veel herstellenden geven aan alcohol vaak als ‘slaapmutsje’ te gebruiken, terwijl alcohol juist voor een verstoring van het slaappatroon zorgt.
Door het toxische effect van alcohol op het neurobiologische systeem, kan slecht slapen nog maanden tot jaren na het clean worden een probleem veroorzaken.  

Proefpersonen die in pril herstel waren, bleken korter te slapen, minder diep te slapen en een verminderde REM-slaap te hebben. Na ruim een jaar was alles behalve de REM-slaap verbeterd. Een lichtere REM-slaap is vaak een kenmerk van depressie, wat weer kan zorgen voor een hoger risico op terugval. In DSM 5 wordt slapeloosheid vaak in verband gebracht met andere psychiatrische stoornissen.

Ontdekt is dat therapie beter werkt dan medicijnen bij het bestrijden van slaapstoornissen.
Slaapmiddelen doen na een aantal weken hun werk niet meer en hebben bovendien een verslavende werking.

Het is al veel langer bekend dat slapeloosheid en overmatig alcoholgebruik verband houden met elkaar: proefpersonen die aan een onderzoek over slaapstoornissen deelnamen, bleken een aantal jaar na het onderzoek met alcoholmisbruik of –verslaving te kampen. Andersom zorgt binge drinken voor slaapproblemen; zie hier de vicieuze cirkel.

 

Reageer reacties (0)
LEES MEER...